woensdag 29 oktober 2014

Kopenhagen




Ik lees veel, dankzij mij bestaat de tijdschriftenmarkt nog steeds. Naast interieurbladen, modetijdschriften en de libelle, lees ik ook boeken. Thrillers die zich afspelen in Scandinavië zijn favoriet. Ooit durfde ik dit soort boeken 'gezellig' te noemen, waarop ik prompt door mijn toenmalige collega's werd uitgelachen. Dat valt ook niet uit te leggen natuurlijk, dat je boeken die draaien om moord en verderf en waarin de depressieve gescheiden rechercheurs Bödstrom, Söder of iets anders met een Ø of ö heten 'gezellig' noemt. Hetzelfde geldt overigens voor de films van onze noorderburen, stuk voor stuk 'gezellig' spannend met een vleugje humor, zoals de film Festen.

Maar hé, ik blog over interieur en Scandinavië & interieur, dat kun je bijna in één adem noemen. Het zal wel komen door het sombere saaie weer dat die mensen zo creatief en geniaal zijn, ook op interieurgebied falen ze nooit. Afgelopen weekend bezocht ik eindelijk Kopenhagen. Wat ik daar ging doen, werd mij gevraagd, ze hebben toch geen bezienswaardigheden? Ja hoor, ze hebben een beeldje van een zeemeermin, maar daar kwam ik niet voor. Voor mij was het een 'gezellig' werkweekend. Kopenhagen is namelijk het walhalla van het design, zowel in mode als interieur. Ik kwam niet bedrogen uit.




Het begon al op ons logeeradres. Via airbnb hadden we een prachtige woonboot gevonden. De locatie was voor ons ondergeschikt aan het stulpje. Eén van mijn dromen is wonen op een woonboot, nu kon ik alvast even oefenen. En het lijkt wel of iedereen stylist is in Kopenhagen, de woonboot was een juweeltje met oude scheepsdeuren en -raampjes, een Piet Hein Eek-achtige wandafwerking, mooie koperen leidingen en vintage meubeltjes. Ik hoopte bijna dat het het hele weekend zou regenen, zodat we op de boot konden blijven. Dat deed het niet en toen begon onze belevenis, waarbij we net deden alsof we in een Scandinavische thriller speelden. Overigens wordt er in die boeken nooit met een woord gerept over die prachtige interieurs en nu weet ik waarom. Ze vinden het zo normaal dat ze mooi wonen en eten, dat ze er niet eens aan denken het te omschrijven.




In de winkels zagen we de meest prachtige spullen en kreeg ik ontzettend veel inspiratie. Ook een bezoek aan een van de designmusea was adembenemend. De eerste Vipp uit 1939! De vlinderstoel van Arne Jacobsen en de Vitra Pantonchair van Verner Panton!
En de Legostore mocht natuurlijk ook niet ontbreken. Lego was mijn eerste kennismaking met architectuur tenslotte, ik bouwde vroeger al complete legohuizen en richtte ze in en speel er nu nog steeds mee.

Hadden we nog tijd om wat anders te doen? Ja natuurlijk, eten en drinken. Ons bootje lag tegenover restaurant Amas, zusje van het beroemde Noma, maar die twee vielen niet echt binnen ons budget. Geen probleem, want in Kopenhagen stikt het van de goede eettentjes en ook daar ontkom je niet aan mooie spullen. Lelijk kunnen en kennen ze niet, je vind er geen terras of bar met plastic tafeltjes, gesponsorde parasols of rieten stoelen. Nee, alles klopt en dat eet verrekte 'gezellig'.

Omdat we met het vliegtuig waren en alles (ja alles) in Kopenhagen vreselijk duur is, heb ik me kunnen en moeten inhouden, ik kocht alleen wat spullen in de Haystore, de museumwinkel (dat zijn altijd de beste) en de Legowinkel.


Hebben ze dan geen minpunten in Kopenhagen? Ok, ik miste wel wat: kleur, zowel in materiaal als mens, want van opvallend houden ze niet, daar heb ik echt naar moeten zoeken. Amsterdam is wat dat betreft wel wat 'gezelliger' en een Hayshop, die hebben we hier ook..

woensdag 15 oktober 2014

'Het is maar een vakantiehuisje..!'

+ Open haard met tegeltjes

De zaken gaan goed, maar nog niet zo goed dat we ons een tweede huis kunnen veroorloven. Gelukkig hebben we in de familie een aantal babyboomers en daardoor vrijwel het hele jaar door de beschikking over een vakantiehuisje. 
Huisje is trouwens misschien niet helemaal de goede term. Toen wij een aantal jaren geleden een paar vrienden uitnodigden voor de feestdagen, konden ze het vakantiehuisje niet vinden. Na vele rondjes door het bos, kwamen ze eindelijk aan en riepen verbaasd uit: 'we zochten een huisje, dit is een villa!'  

Ok, het huis is wat groter dan wat je zou verwachten bij de term vakantiehuisje. Het ligt idyllisch in het bos, de hertjes dartelen rond in de tuin en alles is van hout, gecombineerd met andere warme materialen, hier en daar een tikkeltje design en een zwembad in de tuin.......... kkgggggg (hier klonk een prachtig rustgevend filmmuziekje, dat nu bruut wordt onderbroken door iemand die de naald van de lp aftrekt).

Laat ik vooropstellen dat we er altijd met plezier verblijven en dat het echt luxe is om een gratis uitvalbasis te hebben, maar ik moest mijn stinkende best doen om wat mooie foto's te maken. De eigenaren, laten we ze babyboomer 1 (b1) en babyboomer 2 (b2) noemen, hebben namelijk 1 belangrijk credo: 'het is maar een vakantiehuisje'. Dat betekent dat je er vooral niet veel geld aan moet uitgeven. Daarnaast vinden ze het zonde om wat dan ook weg te doen, dus lijkt de villa nu wel een klein huisje, omdat het helemaal vol staat. En dan hebben we het over de kleuren nog niet gehad..

En dus doe ik altijd, wat ik thuis ook deed als mijn ouders een weekendje weg waren: alle overbodige spullen weghalen, de meubels verschuiven en een fles wijn opentrekken (dat laatste om de kleuren wat minder aanwezig te laten zijn). Maar sommige dingen kun je niet zo makkelijk veranderen:

1. kunststof kozijnen (lekker praktisch, maar zooooo lelijk)
2. goedkope laminaatvloer (wie heeft dat ooit uitgevonden, laat staan gekocht?)
3. gordijnen (waarom hangen die dingen 5 cm boven de grond?)

De kleuren van de muren durfde ik niet op de foto te zetten, dat zou zelfs mijn camera niet hebben overleefd. Toen alles nog mooi wit was, stelde ik voor om wat warme tinten te gebruiken, zoals groen achter de boekenkast, om mooi aan te sluiten op de kleuren van het bos. Domme ik.. Wat moet de plaatselijke interieurzaak gelachen hebben, toen b1 en b2 aangaven dat er wat kleur moest komen. Nu kon hij eindelijk al die spullen kwijt, die niemand verder wilde (had ik al vermeld dat b1 en b2 van showmodellen houden?). Resultaat:

- een kleur groen in de woonkamer waarvan je de tranen (van het huilen) over de wangen rollen
- een zalmkleurige badkamer, tegels en wanden (zie een vorig blog voor mijn mening over zalm)
- fuchsia muren in de slaapkamers gecombineerd met blauwpaars tapijt (daar doen zelfs onze kids de ogen rap dicht, wat weer mooi meegenomen is)

+ Prachtige stoelen en Ixxi
- Less would be more...
Dit wordt echter goedgemaakt door de open haard (tegeltjes ervoor bedacht door moi), de luxe keuken, het bubbelbad en het formidabele uitzicht op het bos. En er staan echt mooie spullen, b1 en b2, maar een beter credo is: 'less is more' (behalve als het om de lengte van de gordijnen gaat). 

Ik zou het met liefde restylen, gratis en voor niks. Tot die tijd, gewoon veel wijn drinken bij de haard en naar buiten kijken. Iemand zin en durf om langs te komen voor een kleurrijk verblijf?

- gordijnen... te kort

- Die kleur groen bedoelde ik niet...






donderdag 9 oktober 2014

Wat vind Sinterklaas er eigenlijk van?

'Maar Sinterklaas, ik blog toch over interieur? Ik houd me wel bezig met kleuren, maar niet met die van mensen!'. Zo begon ons gesprek eergisteren. 'Ingrid, dat weet ik wel, maar jouw Sinterklaaspotje zette mij aan het denken en herinnerde me aan de tijd dat ik nog een klein Klaasje was'. Ik schrok, want ik had nooit beseft dat Sinterklaas ook eens een klein Klaasje was geweest. 


Luister, zei de Sint, en dat deed ik, want ik ben nog steeds wel een beetje bang voor hem. Ik ben wit en dat ben jij ook, zei hij. Jaaaa, Sinterklaas, dat weet ik wel, dat heb ik al zo vaak te horen gekregen. Wat ben jij wit, of in de zomer: wat ben jij rood! En dan ook nog die sproeten... Sinterklaas zei: die had ik vroeger ook en ik vond het helemaal niks. Ze verdwijnen wel als je zo tegen de 200 jaar loopt. Ik ben sowieso altijd jaloers op mijn donkere makkers geweest. Stel je voor, we wonen notabene in Spanje, de Pieten dansen altijd lachend in de zon, terwijl ik maar loop te smeren. Waarom denk je dat ik altijd zo'n enorme tabbert en mijter aan heb, dat is toch allang niet meer modern? Dus ik heb er genoeg van, ik wil ook zwart zijn!

Maar Sinterklaas, dat kan toch niet, je kunt toch niet zomaar van kleur veranderen? Waarom niet, de Pieten mogen nu toch ook elke kleur aannemen die ze willen? Tsja, daar had ie wel een punt, maar ik zag nu wel het hele Sinterklaassprookje in duigen vallen. Hoe te voorkomen dat nu ook Sinterklaas van kleur ging veranderen? (Stiekem wilde ik ook wel graag weten hoe hij dat dan zou doen, van kleur veranderen, want dat wil ik ook wel, mooi bruin in plaats van wit.)

Ik besloot het over een andere boeg te gooien en stelde mij streng op. Sinterklaas, nu is het afgelopen. Iedereen wordt met een bepaalde kleur geboren: wit, bruin, zwart of geel. Andere kleuren mensen heb ik nog nooit gezien. Het is ook niet belangrijk. De Pieten moeten het zelf maar weten en doen waar ze zich goed bij voelen, en dat geldt ook voor u. In uw vrije tijd mag u zichzelf wat mij betreft pimpelpaars sminken, maar 1 maand per jaar ben u gewoon Sinterklaas, een witte, punt uit. 
En houdt u zich maar gewoon bezig met uw werk en verwen alle kleuren kindjes op de wereld. Het maakt hen niet uit, als ze maar lekker kunnen spelen en lachen. Einde discussie.

De Sint heeft mij inmiddels laten weten dat ie gewoon wit blijft en dat hij samen met de Pieten zoveel mogelijk kinderen blij gaat maken, ook op plekken in de wereld waar ze hem niet eens kennen. 
 Ik blog voortaan gewoon weer over interieur en die potjes, die kun je bij mij kopen ... in alle kleuren. Desgewenst, vul ik ze met strooigoed, gewoon van de Hema of Albert Heijn, gratis.

woensdag 1 oktober 2014

De geschiedenis van mijn passie

Francis Francis


Ok, ik geef toe, dit is er eentje uit de categorie 'Oma vertelt' en 'nu ben ik zeker psychologenvoer', maar er staan wel leuke plaatjes bij. 








Iedereen die mij een beetje kent, weet dat ik best wel netjes ben. Maar, geloof me, dit ben ik echt op de foto Rommelkont. Zie kleine Ingrid hier ontzettend not-amused in haar rommelkamer. Ik herinner me deze dag nog haarfijn: het was prachtig knikkerweer en ik was al enthousiast bezig mijn schoentjes aan te trekken en paarsgeruite knikkerzak te pakken (en immense pony te stylen?) om mij onder de fanatieke buurtknikkeraars te begeven. Maaaaar.... 'Ingrid, je mag pas buiten spelen als je kamer opgeruimd is', aldus mijn moeder (maar dan in het Fries). Ik denk dat ik daar een jeugdtrauma aan over gehouden heb: sindsdien knikker ik niet meer en ben ik een nogal opgeruimd type. 

Rommelkont
Maar, alle trauma's ten spijt, de liefde voor interieur zit natuurlijk in mijn genen. Mijn vader was timmerman en klust er op zijn 71e nog steeds vrolijk op los bij mijn zus, die ook niet vies is van een beetje (brocante) styling. 

Vroeger bestond interieur echter niet, nou ja, in ieder geval niet op het Friese platteland. Wij kwamen pas met mooie dingen in aanraking toen zus naar het verre Westen verhuisde. Zalmkleur was toen de trend. Gelukkig zijn we daar inmiddels allemaal wel overheen gegroeid, zalm komt er alleen nog in als het gezwommen heeft en op een bordje ligt. 
Maar, bladerend door wat oude fotoalbums en knipselmappen kwam ik tot mijn verrassing toch veel plaatjes tegen waaruit mijn vroege passie voor interieur blijkt:

1. De Francis Francis (foto bovenaan), het mooie Italiaanse espressoapparaat stond al sinds mijn 14e op mijn verlanglijstje, 10 jaar geleden kocht ik 'm eindelijk, hij staat nu (want stuk) op zolder mooi te wezen (had ik al verteld dat ik geen koffie drink? nooit gedaan ook)
2. Glamping is iets van alle tijden. Wij namen zelfs in 1984 al schemerlampen mee op vakantie (by the way, het witte kind met de lego ben ik (en als je het haar blond denkt, zie je Hidde), de cavia rechts boven de radio is zus en links zie je een sportsok van andere zus). Zo retro. In 2005 kampeerden wij in roze stijl (het been is van mijn vriend) en nu kamperen wij alleen nog in stijl op Lowlands (zie eerder blog).

Glamping 2005
Glamping 1984










3. De inloopkast uit de DoehetZelf (nu 101Woonideeen) van 1998(!). Dit heb ik altijd bewaard, inmiddels wacht ik al ruim 16 jaar op een inloopkast.


Nu ben ik groot en mijn passie voor interieur is gelukkig nooit verdwenen. Mijn passie is mijn werk en die inloopkast, die komt er wel!